De jaren 1929-1939 staan te boek als de 'crisistijd'. Een sombere periode van economische neergang, politieke en sociale onrust en massale werkloosheid . Dat de crisis in Nederland langer duurde dan in andere geïndustrialiseerde landen, was een gevolg van het regeringsbeleid om de gulden niet te devalueren. De autohandel ging door een diep dal en autorijden was een dure aangelegenheid door personele-, motorrijtuigen-, omzet- en parkeerbelasting . Niet lang na de crisis brak de Tweede Wereldoorlog uit. Op 10 mei 1940 viel het Duitse leger Nederland aan. Vijf dagen later volgde de capitulatie en werd ons land bezet. Wie in die duistere jaren van onderdrukking, met uitzondering van overheidsdiensten, huisartsen, NSB'ers, economische collaborateurs en de Duitse bezettingsmacht, de weg op moest en een rijvergunning had, maakte noodgedwongen gebruik van een hout-, steenkool- of turfgasgenerator. Impressies uit het 'levensverhaal' van de auto. Dit boek vertelt op anekdotische wijze - en